top of page

Het eeuwig en overvloedig leven

Door de eeuwen heen is er al veel tijd en geld besteed om een antwoord te vinden op de vraag: van waar komt het leven, hoe is het ontstaan?

Bijbels gezien is dit zoekwerk een nutteloze inspanning.

De Psalmist sprekende over God zegt in Psalm 36:10 “Want bij U (God) is de bron van het leven.”

 

Het leven is in Hem die in het begin alles schiep. Hijzelf is niet geschapen.

Het leven is niet ontstaan, het is niet geworden het is eeuwig want het behoort tot de Eeuwige God die leven heeft in Zichzelf en het geeft aan ieder die Hij wil.

 

Bij zijn bezoek aan Athene zag Paulus tussen de vele beelden van de Griekse Goden een altaar staan, gewijd “aan een onbekende God”.

Tot de aanbidders van deze Goden zei Paulus: “Deze dan, Die u dient zonder dat u Hem kent, verkondig ik u. De God Die de wereld gemaakt heeft en alles wat daarin is, … Hij wordt ook door mensenhanden niet gediend alsof Hij iets nodig heeft, omdat Hij Zelf aan allen het leven, de adem en alle dingen geeft.” Handelingen 17:23-25. Paulus maakte duidelijk dat God die alles geschapen heeft zelf niet van deze schepping is en niet behoort tot de categorie van de Griekse Goden die allemaal een begin of een ontstaan hebben. Hij is het leven zelf en van Hem ontvangen wij het leven. Paulus besluit met de woorden in Handelingen 17:28  “In Hem leven wij, bewegen wij en zijn wij.” Daarvoor kunnen wij Hem elke dag opnieuw danken op het moment dat we in de morgen onze ogen openen. 

 

Vele mensen verwarren de Maker met het gemaakte en dichten Hem eigenschappen toe die enkel tot het gemaakte behoren. Maar net zoals Elon Musk geen Tesla is of een onderdeel ervan zo is God ook geen schepping of een onderdeel ervan.

 

De boom des levens

Om  Adam en Eva  er dagelijks aan te herinneren dat ze het leven ontvingen en niet in zichzelf hadden, plantte God in het midden van de hof de boom des levens. Door van de boom te eten zou er geen einde komen aan hun leven, het zou eeuwig blijven bestaan. Toen Eva op een dag nieuwsgierig stond te kijken naar die andere boom, de boom van kennis van goed en kwaad, insinueerde satan dat indien ze van deze boom zou eten ze ook leven zou hebben in zichzelf. Eva geloofde Satan in de plaats van God en at van de verboden vrucht. Als gevolg van deze keuze om zich niet verder afhankelijk te stellen van God, de gever van alle leven, werd de mens de toegang tot de boom van het leven ontzegd. Zo lezen we in Genesis 3:22-24 “Toen zei de HEERE God: Zie, de mens is geworden als één van Ons, omdat hij goed en kwaad kent. Nu dan, laat hij zijn hand niet uitsteken en ook van de boom des levens nemen en eten, zodat hij eeuwig zou leven! Daarom zond de HEERE God hem weg uit de hof van Eden, om de aardbodem te bewerken, waaruit hij genomen was. Hij verdreef de mens, en plaatste ten oosten van de hof van Eden de cherubs met een vlammend zwaard, dat heen en weer bewoog, om de weg naar de boom des levens te bewaken.”

 

Zo ontnam God aan de mens het eeuwig leven en deed de dood haar intrede. Maar niet voor altijd want God zij dank de boom des levens die eeuwig leven geeft aan wie ervan eet, vinden we terug op de laatste bladzijden van de Bijbel. We zien hem daar staan in het midden van de hemelse stad Gods het Nieuwe Jeruzalem zoals geschreven staat in Openbaring 22:2  “In het midden van haar straat en aan de ene en de andere zijde van de rivier bevond zich de Boom des levens, die twaalf vruchten voortbrengt – van maand tot maand geeft Hij Zijn vrucht.”

 

In het sluiten van Zijn verbond met de mens na de zondeval, beloofde God opnieuw toegang tot de boom door het geloof in Jezus Christus die de kop van de slang zou vermorzelen (Genesis 3:15). Gods verbond is de belofte van eeuwig leven door overwinning in Christus die aan allen die op Hem vertrouwen kracht geeft om het kwade te weerstaan. We vinden deze belofte ook terug in Openbaring 2:7  “Wie oren heeft, laat hij horen wat de Geest tegen de gemeenten zegt. Wie overwint, hem zal Ik te eten geven van de Boom des levens, die midden in het paradijs van God staat.” Er is dus een voorwaarde om terug te kunnen eten van de boom. Die voorwaarde is overwinnen door te vertrouwen in Christus die ons daartoe de kracht geeft. Paulus getuigt daarvan in Filippenzen 4:13 “Alle dingen kan ik aan door Christus, Die mij kracht geeft.”

Het overwinnen komt neer op wat we lezen in Openbaring 22:14  “Zalig zijn zij die Zijn geboden doen, zodat zij recht mogen hebben op de Boom des levens, en opdat zij door de poorten de stad mogen binnengaan.”

Wie de geboden van God houdt is hij die overwint en toegang krijgt tot de boom des levens. Hij die terug van de boom mag eten is hij die liefheeft zoals Jezus ons heeft liefgehad (Johannes 13:34). Het is hij die zijn slechte gewoonten en zelfzucht heeft overwonnen en niet meer voor zichzelf leeft maar voor Hem van wie we het leven ontvangen. 

Hij die door het geloof in Jezus niet alleen het woord van God hoort maar het ook doet (Matteüs 7:21-27) zal terug mogen eten van de boom des levens en daarom niet meer sterven maar eeuwig leven.

Dit alles wordt samengevat in de woorden in Romeinen 1:17 “Maar de rechtvaardige zal uit het geloof leven.” De rechtvaardigheid of het doen van wat heilig, juist en goed is (Romeinen 7:12) en toegang geeft tot het eeuwig leven komt enkel door geloof in het woord van God.

 

Al deze dingen waarover we nu spreken behoren tot wat Paulus in Hebreeën 6:1 noemt  “het eerste onderwijs met betrekking tot Christus.” Paulus zegt verder dat we dat zouden moeten kunnen laten rusten en verdergaan naar de volmaaktheid. Daarmee bedoelt hij dat dit alles voor ons een evidentie zou moeten zijn, iets waarover geen enkele twijfel zou moeten bestaan, iets wat niet meer in vraag gesteld moet worden. Jammer genoeg is dat onder Christenen wel het geval. 

 

Wie gelooft heeft eeuwig leven

Eeuwig leven kan enkel bekomen worden door geloof in Jezus Christus zoals we lezen in het ons bekende vers in Johannes 3:16  “Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.” Vele mensen nu hebben een verkeerd begrip over wat geloven inhoudt. Wat betekent geloven in Jezus? Wanneer je in iemand gelooft dan geloof je in wat hij zegt en dat hij ook zal doen wat hij gezegd heeft.  Geloven in Jezus dan is geloven in zijn woord dat het zal volbrengen wat het zegt en je daaraan overgeven zodat het ook doet wat het zegt in je eigen leven. Daarom zegt de Schrift in Romeinen 3:28  “Het geloof bevestigt de wet.”

Wanneer je gelooft dan worden de woorden of de wet van God werkelijkheid in je leven; het woord voltrekt zich in jou. 

 

Omdat velen zich daarin vergissen denkende dat geloven en gehoorzamen niet per se met elkaar verbonden zijn, krijgt de gemeente de vermaning in Jakobus 1:22  “En wees daders van het Woord en niet alleen hoorders. Anders bedriegt u uzelf.” En verder in Jakobus 2:14  “Wat voor nut heeft het, mijn broeders, als iemand zegt dat hij geloof heeft, en hij heeft geen werken? Kan dat geloof hem zalig maken?”

Met andere woorden een geloof dat ons denken en onze gedragingen niet verandert in gedachten en daden van liefde en goedheid, in overeenstemming met de wet van de liefde die we kennen als de tien geboden, dat geloof is een nutteloos geloof. Zo’n geloof leidt niet tot het eeuwige leven.

 

De uitdrukking “eeuwig leven” verwijst niet enkel naar het leven dat de gelovigen zullen ontvangen bij de wederkomst. Het verwijst niet enkel naar het leven met God op de nieuwe aarde dat nooit een einde zal kennen omdat de dood er niet meer is. Dat alles heeft te maken met de kwantiteit van het eeuwig leven. Eeuwig leven heeft echter ook een kwaliteit. Eeuwig leven verwijst ook naar dat leven dat de gelovige ontvangt wanneer deze zich overgeeft aan Christus en Hem volgt. Dat was ook vervat in het antwoord dat Jezus gaf aan de rijke jongeling toen deze Hem vroeg: “wat moet ik doen om het eeuwig leven te verkrijgen?” “Volg mij” zei Jezus. Jezus is het eeuwig leven. Wie Hem volgt door zijn eigen leven los te laten en het leven dat in Christus is aanneemt, heeft eeuwig leven.

 

Heb je al opgemerkt dat er staat in Johannes 3:16 “Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft” en niet “zal hebben”? En even verder in vers 36 staat “Wie in de Zoon gelooft, heeft eeuwig leven” en niet “zal eeuwig leven hebben”.

Indien de rijke jongeling Jezus had gevolgd dan zou hij meteen eeuwig leven hebben gehad. Hij zou het hebben gehad omdat hij zijn eigen leven zou hebben afgelegd en het leven zoals het is bij Jezus zou hebben aangenomen. Het eeuwig leven is het leven zoals het aanwezig is in Jezus.

 

 

Jezus is het eeuwig leven en dit leven is in Zijn woord

Luister naar wat Johannes zegt over het eeuwig leven in 1 Johannes 1:2 “want het leven is geopenbaard en wij hebben het gezien, en wij getuigen en verkondigen u het eeuwige leven, dat bij de Vader was en aan ons is geopenbaard” Johannes zegt dat hij het eeuwig leven heeft gezien en waar heeft hij het gezien? Hij heeft het gezien in Jezus Christus. Het eeuwig leven is het leven zoals we het zien en horen in Jezus Christus. We zien het in Zijn daden van liefde en goedheid en we horen het in Zijn woorden.

​

Zij die geloven in Jezus, zij die Hem volgen  ontvangen het leven dat in Jezus is, het eeuwig leven. Zij leven zoals Jezus heeft geleefd want ze geloven in Zijn woord en bergen Zijn woord in hun hart zodat het woord in hen uitwerkt wat het zegt. Zo komt het eeuwig leven door het woord in de gelovige.

Deze verandering, dit overgaan van het zondige leven met zijn slechte gewoontes en gedachten naar het eeuwige leven, het leven zoals het is in Jezus, duidt de Bijbel aan als de wedergeboorte en ze zegt ook wat deze verandering teweeg brengt in 1 Petrus 1:23  “u, die opnieuw geboren bent, niet uit vergankelijk, maar uit onvergankelijk zaad, door het levende en eeuwig blijvende Woord van God.”

 

Het is het woord van God opgenomen in het hart dat ons van het dode, vergankelijke leven naar het eeuwig leven brengt. Het is de overgave aan dit woord, het laten doen wat het zegt, dat in ons het leven van Jezus brengt.  

Dat is wat Jezus wil duidelijk maken in Johannes 6:54-56, 68 “Wie Mijn vlees eet en Mijn bloed drinkt, heeft eeuwig leven, en Ik zal hem doen opstaan op de laatste dag. Want Mijn vlees is het ware voedsel en Mijn bloed is de ware drank. Wie Mijn vlees eet en Mijn bloed drinkt, blijft in Mij en Ik in hem.”

Vervolgens zegt Jezus in Johannes 6:63 “De Geest is het Die levend maakt, het vlees heeft geen enkel nut. De woorden die Ik tot u spreek, zijn geest en zijn leven.”

Het eten van Zijn vlees en het drinken van Zijn bloed is dus niets anders dan het gelovig aannemen van het woord door het in het hart te bergen zodat we niet zondigen maar liefhebben, God eren en de mensheid dienen zoals Jezus deed.

 

Het leven van Jezus is in het woord dat Hij aan ons heeft gegeven. Wanneer wij dit woord in geloof aannemen als het woord van de waarheid, als het scheppende woord dat volbrengt wat het zegt en het dat laten doen in ons leven dan eten wij zijn vlees en drinken wij zijn bloed dan is het eeuwig leven in ons dan Zijn wij zoals Hij is want wij leven niet maar het woord leeft in ons.

 

Wanneer het woord in ons leeft, heeft de dood over ons geen macht. We kunnen inslapen maar Hij zal ons opwekken want Hij heeft gezegd in Johannes 8:51 “Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Als iemand Mijn woord in acht genomen heeft, zal hij beslist de dood niet zien tot in eeuwigheid.”

Wanneer het leven van Christus in ons is wanneer wij sterven dan kan het graf ons niet houden zoals het ook Christus niet heeft kunnen houden.

 

De Schrift zegt verder in 1 Johannes 1:7 “Het bloed van Jezus Christus, Zijn Zoon, reinigt ons van alle zonde.” De Schrift zegt precies hetzelfde over het woord in Efeze 5:25-26 “Mannen, heb uw eigen vrouw lief, zoals ook Christus de gemeente liefgehad heeft en Zich voor haar heeft overgegeven,

opdat Hij haar zou heiligen, door haar te reinigen met het waterbad door het Woord.” Het woord wordt hier naar voor gebracht niet als een douche of een voetbad maar als een waterbad. Je kunt jezelf er helemaal in onderdompelen. Wanneer je dit doet wordt je gewassen van alles wat niet in overeenstemming is met Christus; je wordt zoals Hij is. Hij die zich in het waterbad van het woord onderdompelt, wordt geheiligd; hij wordt gelijkvormig gemaakt aan het beeld van Gods Zoon.

 

Wie door geloof het woord opneemt in zijn hart en het laat doen wat het zegt wordt gereinigd van alles wat tegen het woord ingaat. Hij wordt van zonden gereinigd. Zijn gedachten, daden en gewoonten worden de gedachten, daden en gewoonten van Jezus. Zijn karakter wordt gelijkvormig aan dat van de Heer. Zo wordt hij door het woord geheiligd en het eeuwig leven is in hem.

 

​

Een karakter voor het eeuwig leven

Dat zegt Johannes is de ervaring van allen die op Christus hopen. Hij schrijft in 1 Johannes 3:2, 3 “Geliefden, nu zijn wij kinderen van God, en het is nog niet geopenbaard wat wij zullen zijn. Maar wij weten dat, als Hij geopenbaard zal worden, wij Hem gelijk zullen zijn; want wij zullen Hem zien zoals Hij is.

En ieder die deze hoop op Hem heeft, reinigt zich, zoals Hij rein is.”

Hoe reinigt Hij zich? Hij reinigt zich door het woord te geloven en aan te nemen. Wat betekent dat hij niet enkel het woord hoort maar het ook doet. Zich reinigen betekent gelijkvormig worden aan het karakter van Jezus.

Wie gereinigd is heeft lief zoals Jezus ons heeft liefgehad. Hij is klaar voor de wederkomst van de Heer want hij is in karakter zoals Hij is.

 

In de Bijbel is het kleed een symbool van het karakter. Hoe worden de klederen beschreven van hen die het eeuwig leven ontvangen? We lezen het in Openbaring 7:9, 13 “Hierna zag ik en zie, een grote menigte, die niemand tellen kon, uit alle naties, stammen, volken en talen, stond vóór de troon en vóór het Lam, bekleed met witte gewaden en palmtakken in hun hand… En een van de ouderlingen antwoordde en zei tegen mij: Dezen, die bekleed zijn met witte gewaden, wie zijn zij en waar zijn zij vandaan gekomen?”

We kunnen ook de vraag stellen: waar halen zij hun witte gewaden of onberispelijk karakter vandaan? Krijgen zij deze klederen na de wederkomst of hebben zij deze klederen voor de wederkomst aangedaan? We vinden het antwoord in vers 14 “En ik zei tegen hem: U weet het, mijn heer. En hij zei tegen mij: Dezen zijn het die uit de grote verdrukking komen; en zij hebben hun gewaden gewassen en ze hebben hun gewaden wit gemaakt in het bloed van het Lam.”

 

Het wit maken van hun klederen, het heiligen van hun karakter hebben ze gedaan voor de wederkomst. Ze hebben het gedaan door hun kleed wit te maken in het bloed. Hoe maak je het kleed wit in het bloed? Je doet dat door gebruik te maken van dat wat Jezus door Zijn bloed heeft bekomen. 

Het bloed van Jezus verschaft ons toegang tot de genadegaven van God. Op grond van wat Jezus voor ons heeft gedaan, schenkt God ons alles wat we nodig hebben om te worden als Hem. Hij schenkt ons Zijn Geest die ons Zijn woord doet begrijpen en het in ons hart schrijft. 

Wanneer wij door gebruik van de genadegaven verkregen door het bloed van Christus het woord in ons laten uitwerken wat het zegt dan worden wij door dat woord geheiligd naar het gebed van Jezus in Johannes 17:17 “Heilig hen door Uw waarheid; Uw woord is de waarheid.”

 

Het is het woord dat ons heiligt. Dit betekent dat het woord ons in overeenstemming brengt met de gehele wil van God. Het brengt in ons het leven van de Zoon. Het maakt ons karakter als zijn karakter. Het maakt ons kleed wit en smetteloos. Vandaar dat we lezen in Efeze 5:26-27

“Opdat Hij haar zou heiligen, door haar te reinigen met het waterbad door het Woord, opdat Hij haar in heerlijkheid voor Zich zou plaatsen, een gemeente zonder smet of rimpel of iets dergelijks, maar dat zij heilig en smetteloos zou zijn.”

 

Heiligmaking of het onberispelijk maken van het karakter gebeurt voor de wederkomst en is een noodzakelijke ervaring voor het verkrijgen van eeuwig leven.

De aanwezigheid van het eeuwig leven in ons, dat wij niet meer leven maar Christus in ons, dat alleen geeft ons toegang tot de boom des levens. Dit wordt ons op het hart gedrukt in 1 Johannes 5:11- 12 “En dit is het getuigenis, namelijk dat God ons het eeuwige leven gegeven heeft; en dit leven is in Zijn Zoon. Wie de Zoon (het woord) heeft, heeft het leven; wie de Zoon (het woord) van God niet heeft, heeft het leven niet.”

 

Niet alleen het witte kleed staat voor het smetteloos karakter ook het hebben van de naam van de Vader verwijst daar naar. Wat wordt gezegd over hen die met Christus hebben overwonnen in Openbaring 14:1 “En ik zag, en zie, het Lam stond op de berg Sion, en bij Hem honderdvierenveertigduizend mensen met op hun voorhoofd de Naam van Zijn Vader geschreven.”

 

De 144000 is een verwijzing naar hen die leven bij de wederkomst en hebben overwonnen. Door het gebruik van de genadegaven beschikbaar gemaakt door het bloed van Christus hebben zij een onberispelijk karakter ontwikkelt. 

Ze zijn volmaakt geworden in de liefde die zich uitdrukt in volkomen gehoorzaamheid aan de geboden en het woord van God (Openbaring 14:12).

Niet zij leven nog maar Christus leeft in hen (Galaten 2:20). Zijn naam staat op hun voorhoofd, zij denken zoals Hij denkt, zij handelen zoals Hij handelt, ze hebben lief zoals Hij ons heeft liefgehad.

 

Niet alleen op de 144000 maar op allen die het eeuwig leven zullen binnen gaan, staat de Naam van God op het voorhoofd. Zij allen hebben zich laten heiligen door het woord en hebben liefgehad zoals Jezus hen liefgehad heeft. Over hen lezen we in Openbaring 22:3, 4 “En geen enkele vervloeking zal er meer zijn. En de troon van God en van het Lam zal daar zijn, en Zijn dienstknechten zullen Hem dienen, en zullen Zijn aangezicht zien, en Zijn Naam zal op hun voorhoofd zijn.”

 

 

Eeuwig leven op de nieuwe aarde

Nu dat we het gehad hebben over de kwaliteit en kwantiteit van het eeuwig leven en de voorwaarden om daaraan deel te hebben kunnen we nog blijven stilstaan bij de vraag hoe we het eeuwig leven zullen ervaren op de nieuwe aarde. Wat zullen we doen in het leven dat geen einde meer kent? 

Leven is groeien, groeien in liefde, groeien in wijsheid, groeien in kennis, groeien in vaardigheid, groeien in alle vermogens waarover we beschikken.

Wat stopt met groeien, wat zich niet verder ontwikkelt en ontplooit, gaat dood. We mogen dan ook verwachten dat we in het eeuwige leven een oneindige groei zullen ervaren. Het eeuwig leven is daarom niet weggelegd voor mensen die denken dat ze niets meer te leren hebben, mensen die tevreden zijn met hun toestand en denken de eindmeet bereikt te hebben. De Bijbel brengt dit naar voor als een kenmerk van de laatste gemeente waartegen God zegt in Openbaring 3:17 “Want u zegt: Ik ben rijk en steeds rijker geworden en heb aan niets gebrek, maar u weet niet dat juist u ellendig, beklagenswaardig, arm, blind en naakt bent.” God roept de gemeente op om voor Hem, het Eeuwige leven, de deur te openen. Hij zegt in Openbaring 3:20 “Zie, Ik sta aan de deur en Ik klop. Als iemand Mijn stem hoort en de deur opent, zal Ik bij hem binnenkomen en de maaltijd met hem gebruiken, en hij met Mij. Wie overwint, zal Ik geven met Mij te zitten op Mijn troon, zoals ook Ik overwonnen heb, en Mij met Mijn Vader op Zijn troon gezet heb.” Overwinnen betekent ook dat je niet stilstaat maar groeit door het voortdurend gebruik van de genadegaven waartoe Petrus ook aanmaant in 2 Petrus 3:18 “Maar groei in de genade en kennis van onze Heere en Zaligmaker Jezus Christus. Hem zij de heerlijkheid, zowel nu als in de dag van de eeuwigheid. Amen.”

​

Paulus schrijft over het toekomstig eeuwig leven in 1 Korinthe 2:9-10  “Maar het is zoals geschreven staat: Wat geen oog heeft gezien en geen oor heeft gehoord en in geen mensenhart is opgekomen, dat is wat God bereid heeft voor hen die Hem liefhebben.” Indien het vers hier zou stoppen zouden we in het duister tasten betreffende de inhoud van het eeuwig leven maar Paulus gaat verder en schrijft “Aan ons echter heeft God het geopenbaard door Zijn Geest. De Geest immers onderzoekt alle dingen, zelfs de diepten van God.”

Het is door het woord dat de Geest van God aan ons de mysteries van het eeuwig leven heeft geopenbaard. Alleen al door het lezen van de eerste bladzijden van de Bijbel kunnen we heel wat te weten komen over de aard en de bezigheden van het eeuwige leven.

De hof was de woning die God gaf aan de mensen met de opdracht deze te bewerken en te bewaren. Daarbij kwam de opdracht zich te vermenigvuldigen en te heersen over al het leven op aarde. De mens dus werd verantwoordelijk voor het behoud van het leven zoals God het had geschapen. Dat was een boeiende en grootse onderneming die wanneer ze tot uitvoering gebracht zou worden de gehele aarde zou veranderen in een hof van Eden. Om deze onderneming te doen slagen was een kennis nodig van alles wat God geschapen had. De werking en het wezen van plant en dier moest bestudeerd worden om zo tegemoet te komen aan de noden van al wat leeft en om de voortdurende groei en ontplooiing van alle leven te bestendigen. Deze onderneming eiste een inzet van alle menselijke vermogens en zorgde ervoor dat deze zich steeds verder zouden ontwikkelen. 

Het is goed zichzelf af te vragen of men zich door dit alles aangesproken voelt. Wordt je enthousiast door het horen van deze dingen of denk je - bah werken in de tuin - ondernemen dat is niets voor mij  - studeren pff mijn hoofd zit al vol - dat is mijn ding niet. Denk je enigszins zo dan ben je misschien nog teveel in de ban van de artificiële zaken en gemakken van deze wereld die gemaakt zijn om je te vervreemden van het leven zoals God het heeft geschapen. Dan is het nodig terug liefde te krijgen voor dit leven in de natuur, het bezig zijn met Gods schepping en de studie van Zijn wonderlijke werken, iets wat je altijd zal leiden tot verwondering, eerbied en liefde voor God.

 

Naast het ondernemen en bestuderen van Gods schepping hadden de eerste mensen ook  gemeenschap met heilige wezens met wie ze verheven conversaties hadden; gesprekken die God en Zijn werken verheerlijkten maar de eerste mensen ook op de hoogte stelden van de grote strijd. Indien de mens gehoorzaam zou blijven en aan de goede kant van de grote strijd blijven, zou hij toegang krijgen tot de gemeenschap van alle geschapen intelligenties in het universum.

Hier ook kunnen we ons afvragen of wij van deze dingen houden. Met welke mensen zoeken wij gemeenschap en waar praten we graag over? Is het over de dingen die van beneden zijn, de vergankelijke zaken of over de dingen die van boven zijn dat wat eeuwige waarde heeft? Zoeken wij die gemeenschap die ons helpt God beter te begrijpen en te dienen? Dat is wat we zouden moeten doen in voorbereiding op het eeuwig leven. De Schrift wijst ons daarop in Filippenzen 4:8 “Verder, broeders, al wat waar is, al wat eerbaar is, al wat rechtvaardig is, al wat rein is, al wat lieflijk is, al wat welluidend is, als er enige deugd is en als er iets prijzenswaardigs is, bedenk dat.” En in 1 Petrus 1:15 “Maar zoals Hij Die u geroepen heeft, heilig is, word zo ook zelf heilig in heel uw levenswandel.”

 

Wat was in de hof van Eden zal terug zijn, maar in grotere heerlijkheid want de Schrift zegt in Openbaring 22:3-5 “En geen enkele vervloeking zal er meer zijn. En de troon van God en van het Lam zal daar zijn, en Zijn dienstknechten zullen Hem dienen, en zullen Zijn aangezicht zien, en Zijn Naam zal op hun voorhoofd zijn. En daar zal geen nacht zijn, en zij hebben geen lamp en ook geen zonlicht nodig, want de Heere God verlicht hen. En zij zullen als koningen regeren in alle eeuwigheid.”

 

Ellen White geeft in enkele van haar boeken interessant commentaar over de inhoud van het eeuwig leven. Deze teksten zijn niet enkel gegeven om ons een zicht te geven op wat het eeuwig leven zal brengen maar ook om ons leven van nu en hier eraan te spiegelen en ons af te vragen hoe we nu reeds onze manier van leven zoveel mogelijk kunnen afstemmen op wat zal zijn op de nieuwe aarde. In welke mate denken, praten en doen wij zoals het daar zal zijn?

“In de vernieuwde aarde zullen de verlosten zich bezighouden met de bezigheden en genoegens die Adam en Eva in het begin geluk brachten. Het leven in Eden zal geleefd worden, het leven in tuin en veld. "Zij zullen huizen bouwen en bewonen; en zij zullen wijngaarden planten en de vrucht ervan eten. Zij zullen niet bouwen, en een ander zal wonen; zij zullen niet planten, en een ander zal eten: want zoals de dagen van een boom de dagen van Mijn volk zijn, en Mijn uitverkorenen zullen lang genieten van het werk van hun handen." Adventist Home 549.1

“Daar zal elke kracht ontwikkeld worden, elk vermogen vergroot. De grootste ondernemingen zullen worden uitgevoerd, de verhevenste aspiraties zullen worden bereikt, de hoogste ambities gerealiseerd. En nog steeds zullen er nieuwe hoogten ontstaan ​​om te overwinnen, nieuwe wonderen om te bewonderen, nieuwe waarheden om te begrijpen, nieuwe objecten om de krachten van lichaam, geest en ziel aan te spreken. Adventist Home 549.2

“Daar zullen we kennis maken met gelijk gezinden. Daar zullen de liefde en sympathie die God in de ziel heeft geplant in alle oprechtheid tot uiting worden gebracht. De zuivere gemeenschap met heilige wezens, het harmonieuze sociale leven met de gezegende engelen en met de gelovigen van alle tijden, de heilige verbondenheid die "de hele familie in de hemel en op aarde" samenbindt – dit alles behoort tot de ervaringen van het hiernamaals.” EGW, Adventist Home 548.3

 

Nu is de tijd om ons voor te bereiden op al deze dingen die het eeuwig leven kenmerken. We kunnen dit doen door nu het eeuwig leven te ontvangen. 

We doen dat door elk woord van God in ons leven de hoogste plaats te geven en alles weg te doen wat tegen dit woord in gaat. We doen dat door te leven in de zekerheid dat Gods woord volbrengt wat het zegt. In het woord is eeuwig leven. Wie het woord heeft, heeft eeuwig leven wie het woord niet heeft, wie op een of ander vlak tegenstand biedt aan het woord, wie ergens in zijn gedachten of handelingen verachting toont voor het woord, wie twijfelt dat het woord niet zal volbrengen wat het zegt en het daarom niet aangrijpt, heeft het leven niet. 

 

Laat mij deze lezing afsluiten met de bemoedigende woorden van de apostel Judas dienaar van de Heer en  broer van Jakobus. Hij schrijft in Judas 1:20-25 “Maar u, geliefden, bouw uzelf op in uw allerheiligst geloof en bid in de Heilige Geest, bewaar uzelf in de liefde van God en verwacht de barmhartigheid van onze Heere Jezus Christus, tot het eeuwige leven. Aan Hem nu Die bij machte is u voor struikelen te bewaren, en u smetteloos te stellen voor Zijn heerlijkheid, in grote vreugde, de alleenwijze God, onze Zaligmaker, zij heerlijkheid en majesteit, kracht en macht, nu en in alle eeuwigheid. Amen.”

De boom des levens
Wie gelooft heeft eeuwig leven
Jezus is het eeuwig leven
Een karakter voor het eeuwig leven
Eeuwig leven op de nieuwe aarde
bottom of page